Onzekerheid is geen ingrediënt voor brede welvaart

Er is steeds minder plek voor en op bedrijventerreinen. Ilko Bosman, voorzitter van VNO-NCW Midden regio Arnhem-Nijmegen en lid van The Economic Board, maakt zich zorgen. Vooral de onzekerheid is funest voor ondernemers en daardoor slecht voor de regio, zo waarschuwt hij. Hij roept op om meer met elkaar in gesprek te gaan.
Om grote maatschappelijke opgaves aan te kunnen, hebben we het MKB hard nodig. Dat vereist ruimte. Aantrekkelijke, toekomstbestendige bedrijventerreinen zijn belangrijk voor het vestigingsklimaat van bedrijven en daarmee voor de economie van de regio. Maar die bedrijventerreinen staan onder druk en daar hebben ondernemers last van.
Bij dit thema spelen meerdere uitdagingen, geeft Bosman aan. “Er is weinig fysieke ruimte voor bedrijventerreinen omdat er ook veel nieuwe woningbouw nodig is. Daarnaast heb je te maken met verduurzaming van de terreinen. Een andere grote uitdaging is de capaciteit van het elektriciteitsnet.”
Onzekerheid
Het gebrek aan fysieke ruimte is een actueel onderwerp in de regio, weet Bosman. “De gemeente Arnhem bevroor eerder dit jaar de werkzaamheden op bedrijventerrein Rijnpark, omdat er duizenden woningen gebouwd moeten worden. Tot het nieuwe bestemmingsplan rond is, gebeurt er niets. Zo’n impasse, die misschien wel anderhalf jaar of langer gaat duren, is echt een bedreiging voor bedrijventerreinen. Zij hebben perspectief nodig.”
Ondernemers begrijpen dat er ook behoefte is aan woningen, zo verzekert hij. “Dat vinden ze zelf ook heel belangrijk, want human capital is een grote uitdaging. Ze willen ook dat afgestudeerde studenten in de regio blijven en dat werknemers prettig en betaalbaar kunnen wonen in de buurt van waar ze werken. Maar het is wel zaak dat gemeentes echte keuzes durven te maken, dat ze denken in oplossingen en dat ze naar de langere termijn kijken.” Dat laatste gebeurt vaak niet, merkt hij. “In Nijmegen ziet NXP de stad steeds groter worden, waardoor er steeds meer woningen in hun omgeving komen. Het bedrijf wil weten waar het aan toe is, want je kunt NXP niet zomaar even verhuizen. Politici kijken een paar jaar vooruit, terwijl NXP duidelijkheid wil voor misschien wel vijftig jaar. Onzekerheid is vreselijk voor bedrijven. Het is geen goed ingrediënt voor brede welvaart.”
“Het is ook belangrijk dat gemeentes in de Lifeport–regio op dit vlak samenwerken in plaats van elkaar beconcurreren”, voegt hij toe. “Soms is een bedrijf gewoon beter op zijn plek in een andere gemeente en kan het zo wel in de regio blijven. In Duiven en Zevenaar kijken ze logischerwijs anders naar zware industrie dan op bedrijventerreinen die dicht tegen woonwijken aanliggen. We moeten dat soort gesprekken nog meer op regioniveau met elkaar, en dus ook met ondernemers, voeren.”
Elektriciteitsnet
De uitdagingen rond duurzaamheid zijn misschien nog wel actueler. Dan praat je onder andere over logistieke stromen en omgaan met afval, maar ook over de energietransitie, zo geeft Bosman aan. “De grootste uitdaging daarbij is dat het elektriciteitsnet vol is.”
Hij is ervan overtuigd dat smart energy hubs een grote bijdrage aan de oplossing kunnen leveren. Dat zijn decentrale oplossingen, waarbij ondernemers op een bedrijventerrein kijken naar hun gezamenlijke energiebehoefte, zodat een tijdelijk overschot bij de één kan worden weggestreept tegen een tijdelijk tekort bij de ander. “Daarmee worden nu volop pilots gedaan, waarmee we in onze regio voorop lopen. Daar liggen veel kansen, maar er zijn ook nog heel wat haken en ogen. Voor netbeheerders is het lastig om mee om te gaan en de wetgeving is er ook nog niet klaar voor.”
TenneT, de beheerder van het hoogspanningsnet, gaf kort geleden aan dat het elektriciteitsnetwerk in Gelderland zijn grens heeft bereikt en dat het daarom niet mogelijk is om smart energy hubs allemaal aan te sluiten. “Voor ondernemers is dat vaak lastig uit te leggen, omdat de meesten niet rechtstreeks gebruik maken van het hoogspanningsnet.” Bosman pleit wel voor nuance. “Ondernemers wijzen vaak met een beschuldigende vinger naar de netbeheerders. Maar die geven aan dat ze worden beperkt door de wetgeving.” Hij roept overheden daarom op om mee te blijven denken. “Ik snap dat zij niet lichtzinnig om kunnen gaan met het energienet. Maar Den Haag heeft voor bepaalde pilots al uitzonderingen gemaakt op de wetgeving. In het belang van innovatie is het goed als dat blijft gebeuren.”
Lifeport als proeftuin
Het is vooral belangrijk dat de Lifeport-regio op triple helix niveau blijft samenwerken aan de uitdagingen, zo besluit hij. “We moeten de dialoog met elkaar aangaan, juist als de dingen gevoelig liggen. De oplossing ligt vaak in slimme, creatieve innovaties. Het biedt veel kansen voor ons als regio. We lopen daarin al voorop, omdat kennisinstellingen, ondernemers en overheden elkaar steeds beter weten te vinden. We hebben een heel vol energienet, maar ook een energiecluster met prachtige bedrijven met verschillende specialismes en goede faciliteiten. We staan voorgesorteerd om hierin een heel belangrijke proeftuin te kunnen zijn.”